Een van de mensen die een standplaats voor een woonwagen nodig heeft, is de 23-jarige Ties Hulters uit Udenhout. Hij woont nog bij zijn moeder, maar voelt dat het tijd is om uit te vliegen. “Ik zou graag een plekje voor mezelf hebben. Het wordt tijd om het nest te verlaten”, vertelt hij. Zijn moeder snapt dat wel, maar vindt het niet makkelijk. “Hij is de laatste hier thuis, maar hij zal toch op eigen zijn benen moeten staan.” Willen is één ding, maar het is op dit moment niet eens mogelijk. “Je wordt gewoon tegengehouden in je ontwikkeling. De meeste mensen kunnen online scrollen en op zoek naar een huis, maar ik kan niets”, doelt Ties op het tekort aan woonwagenstandplaatsen in de gemeente.
“Voor mij is het belangrijk dat ik er voor haar kan zijn als ze me nodig heeft.”
Het leven in een woonwagen zit in het bloed van Ties. Alleen al de gedachte aan wonen in een normaal appartement bezorgt hem rillingen. “Ik denk dat ik hier dan heel snel met trillende beentjes terugkom. Dat is geen optie.” Dat maakt de situatie natuurlijk alleen maar lastiger. “Ik wil een plekje voor mezelf, maar ik wil ook in de buurt van mijn moeder blijven. Niet naar Eindhoven bijvoorbeeld. Ik vind een kwartier hiervandaan echt geen probleem. Voor mij is het belangrijk dat ik er voor haar kan zijn als ze me nodig heeft.”
Voor Ties en zijn moeder is de oplossing dan ook simpel. Achter de drie woonwagens, midden in een woonwijk in Udenhout, ligt een grasveldje, omringd door wat bomen. “Dat is volgens mij gewoon de ideale plek”, zegt de jonge Udenhouter. “Er is ook al wel eens iemand van de gemeente geweest en toen hij dat veldje zag, zei hij: ‘nu snap ik wat je bedoelt’.”
“Het mag wel wat sneller, zeker omdat er al zo lang niets is bijgebouwd.”
Het recent aangenomen amendement is fijn voor Ties en de andere mensen die een standplaats willen. Maar het kan ook zomaar nog even duren voordat de woonwagens er daadwerkelijk staan. “Het is noodzakelijk dat er iets gaat gebeuren.” De gemeente wil de plekken voor 2035 realiseren. “Tien jaar is gewoon veel te lang. Het mag wel wat sneller, zeker omdat er al zo lang niets is bijgebouwd.”
De 23-jarige Udenhouter wil niets liever dan verdergaan met zijn leven, en dat kan voor hem alleen in een eigen woonwagen. “Ik wil mijn eigen gezin opbouwen”, zegt Ties, terwijl zijn moeder hem onderbreekt. “Maar hij moet toch wel hier binnen blijven lopen wanneer hij wil, en dat mama dan het eten kookt.” Ties knikt instemmend. “Ja, dat vind ik ook belangrijk. Als er iets is, wil ik dichtbij zijn.”
“Als mijn opa ziek was, kookte mijn moeder voor hem en ik ging het eten langsbrengen”
Die manier van leven is er volgens moeder en zoon met de paplepel ingegoten. “Opa en oma hebben hier vroeger ook gewoond”, blikt de moeder van Ties terug. “Als mijn opa ziek was, kookte mijn moeder voor hem en ik ging het eten langsbrengen”, vult de 23-jarige aan. “Dan bleef ik erbij zitten, totdat hij het op had, zodat hij niet alleen was.” Dat is toch een belangrijk stuk van de woonwagencultuur. “Ik wil dat gewoon niet kwijt”, stelt Ties. “Zo zijn wij gewoon”, concludeert zijn moeder.
LEES OOK:
Tilburg heeft te weinig standplaatsen voor woonwagens: ‘Ik voelde me niet gehoord’