Gijs de Rooij
Van Gansewinkel is erg trots dat ze op de shortlist staat voor de prijs. “De echte nominaties moeten nog bekendgemaakt worden, maar als het hierbij blijft vind ik het al super mooi. Er zijn zoveel goede atleten dat ik eigenlijk helemaal niet denk aan het ontvangen van de prijs. Mocht ik toch winnen zou dat wel echt de bevestiging zijn van de keuzes die ik de afgelopen vier jaar heb gemaakt.”
“Dat ik nog geen jaar later zo presteer op de Paralympische Spelen had ik niet verwacht.”
Ondanks haar tweede plek op de wereldranglijst op de 100 en 200 meter sprint, zag ze zo’n succesvol jaar niet aankomen. “Op oudejaarsdag was ik nog aan het herstellen van een operatie. Dat ik dan nog geen jaar later zo presteer op de Paralympische Spelen had ik niet verwacht.”
“Je denkt dat de tweede deelname minder spectaculair is maar tegendeel is waar.”
Het was na haar debuut in 2016 in Rio de Janeiro de tweede keer dat Van Gansewinkel meedeed aan de Paralympische Spelen. “Je denkt dat de tweede deelname een stuk minder spectaculair is maar het tegendeel is waar. Door mijn hoge plek op de wereldranglijst wist ik dat ik op de Spelen een kans zou maken op de medailles.” Dat voelde de Tilburgse goed aan want ze won goud op de 100 en 200 meter sprint, de belangrijkste afstanden in de mondiale atletiek.
“Om jezelf in die bak te slingeren is echt te leuk voor woorden.”
De atlete won naast haar twee gouden plakken ook nog brons op het verspringen. Kiezen tussen de drie disciplines is voor Van Gansewinkel geen optie. “Alles heeft zijn eigen charme. Ik ben beter in de loopafstanden maar verspringen vind ik ook gewoon heel nice. Om jezelf af en toe helemaal in die bak te slingeren is echt te leuk voor woorden. Met de 200 meter heb ik een haat-liefdeverhouding. Het is eigenlijk te ver voor mij maar ik houd wel van die uitdaging. De 100 meter is het koningsnummer, dat spreekt voor zich.”
“De eerste maand na de Spelen wil iedereen wat van je”
Ondanks haar successen kan Van Gansewinkel nog gewoon over straat. “De eerste maand na de Spelen wil iedereen wat van je maar daarna valt de aandacht erg mee. Wanneer je goud op de Olympische Spelen wint zal dat wel anders zijn, maar ik ben gewoon weer lekker aan het trainen en ga ook weer naar school. Eigenlijk zoals vanouds.”
