Al aan het begin van haar slachtofferverklaring krijgt wethouder Hendrickx het te kwaad. Pijnlijk, noemde ze het, dat ze weer voor de rechter moet uitleggen wat de constante stroom aan smaad met haar doet, meldt Omroep Brabant.
De eerste keer ging het haar goed af. “Het kruipt onder mijn huid”, had ze toen gezegd. Nu benoemde ze ook de angst die zij en haar dierbaren hebben van W.’s beschuldigingen van corruptie en zelfs satanisme.
“Wat als iemand bedenkt dit zelfbedachte kwaad te moeten stoppen?”
“Als zulke zware aantijgingen worden verspreid dan schrikken mensen daarvan. Wat als iemand bedenkt dit zelfbedachte kwaad te moeten stoppen? We leven helaas in een tijd waarin zulke boodschappen oproepen tot onbezonnen actie”, legde Hendrickx geëmotioneerd uit.
Tijdens haar verklaring kwam Ralf Bodelier, die ook door W. wordt bedreigd, gehurkt naast haar en hij sloeg een arm om Hendrickx heen. Bodelier sprak met meer afstand over de kwestie. Uit zelfbescherming, zo verklaarde hij later. Hij heeft kort geleden zijn vader verloren.
Voor Bodelier is het een raadsel waar de beschuldigingen vandaan komen: “Ik bewonderde haar. Ik vond haar een fantastische kunstenares, heel intellectueel ook.” Ze raakten bevriend, samen deden ze ontwikkelingswerk in Mali. Als donderslag bij heldere hemel begonnen jaren later de beschuldigingen van corruptie en satanisme.
“Ik voel me onveilig.”
Cora W. geeft toe dat de beschuldigende tweets van haar zijn. “Ik voel me onveilig”, is haar verklaring. “En ik voel me buitengesloten”. W. had een groot netwerk, verklaart ze tegen de rechters. En van het ene op het andere moment raakte ze alles kwijt. De beschuldigende vinger ging vooral richting Hendrickx en Bodelier: die werkten haar tegen.
“Het is ongelofelijk verschrikkelijk dat ik dit heb gedaan”, zegt ze er nu over. “Ik moet hiermee stoppen. Het is zelfdestructief, ik maak mezelf helemaal kapot.”
En zo lijkt het of W. het zelfinzicht heeft en de motivatie om ermee te stoppen. Maar zo makkelijk is het niet. Want even later verklaart ze: “Ik weet niet wat er morgen met mij gebeurt”, en ze zegt dat ze zelf bedreigd wordt en dat ze daar geen aangifte van kan doen. Ook wijst ze met de beschuldigende vinger naar Hendrickx, want die verspreidt negatieve berichten over haar: “Haar opinies vergroten mijn isolement.”
Eerder veroordeelde de rechter haar tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden. Die zou nu opgelegd kunnen worden, maar zo ver wil de officier van justitie niet gaan in zijn eis. Uit psychologisch onderzoek blijkt dat W. verminderd toerekeningsvatbaar is en ze is niet gebaat bij celstraf. Hij eist 180 uur werkstraf en een contactverbod met Hendrickx en Bodelier.