Ben woont in Tilburg, in de Stedekestraat, tien meter bij de Pollepel vandaan. Daar wordt iedere dag rond het middaguur brood bezorgd. En dan is Ben er ook om de 123 kratten vol brood te sorteren: puntjes bij elkaar, zoet bij elkaar, wit en bruin apart. En dat al zeventien jaar lang: “Ik ben hier zes, soms zeven dagen in de week. Ik heb het goed naar mijn zin.”
Ben is een van de dertien vrijwilligers. Hij vindt het heel leuk om de mensen te kunnen helpen. “Maar je denkt ook wel eens: sjongejonge. Als je hoort hoe weinig mensen hebben, vind ik dat zielig”, vertelt hij aan Omroep Brabant.
“Je hart doet zeer als je die verhalen hoort.”
Hij maakt ook dagen mee dat er niet genoeg brood is voor iedereen: “Dan doet je hart wel een beetje zeer, als je de verhalen hoort. Maar ik kan niet zo veel aan m’n hoofd hebben, dat is niet goed voor mij. Ik moet het een beetje beperkt houden.”
Vroeger had Ben een baan: hij werkte met glaswol, bediende machines, maar dat ging op een gegeven moment niet meer. Zijn handen waren kromdgetrokken: “Het werk kostte me te veel tijd en toen moest ik eruit van mijn baas. Ik heb in de ziektewet gezeten, kreeg een psychose en scheidde van mijn vrouw. Toen ben ik doorgedraaid.”
“Mag je best weten: ik wilde mezelf van kant maken.”
Ben gleed steeds verder af, raakte aan de drank. Het was pater Poels die hem redde: “Ik wilde mezelf van kant maken, dat mag je best weten. Ik zag geen uitweg meer, alles was zwart. Maar ik heb veel met Gerrit gepraat en dat heeft me erg geholpen. Zelfs ’s nachts kon ik bij hem terecht. Dan fietste ik naar hem toe, klopte op het raam en maakte een praatje. En nu gaat het goed. Ik gebruik geen medicijnen meer. Met praten kom je ver, want als je aan de drank zit is ook niks hoor.”
Nog een jaar gaat Ben door met het werk voor BroodNodig. Dan verhuist hij naar zijn zus in Nuth, zij zal voor hem zorgen. “Daar zal ik moeite mee hebben, misschien wel een traantje laten. Maar ik word zeventig en de jonge garde moet het maar eens overnemen.”
Pater Poels zal altijd een heel bijzondere plek in Bens hart houden: “Hij betekende nog meer voor mij dan mijn ouders. Hij heeft me gered, anders stond ik hier niet. Hij was alles voor mij.”
LEES OOK: Gratis brood voor mensen die het niet kunnen betalen: ‘Steeds meer nodig’