Hier in het land wordt technologie nog slechts mondjesmaat uitgetest voor herkenning van gezichten en ingezet door burgers en bedrijven. Tegelijk zijn de toepassingen die over heel de wereld worden bedacht en uitgewerkt en de risico’s op het vlak van privacy die ermee gepaard gaan reëel en ingrijpend. Dit roept de vraag op of de wetten en regels van nu voldoende zijn om de privacy van burgers te beschermen. Maar ook de vraag hoe inbreuken op de privacy zijn te voorkomen of te beperken. Nu en in de nabije toekomst.
Kansen en keuzes
Kiest de overheid ervoor om risico’s zoveel mogelijk te mijden, of geeft deze de technologie onbeperkt alle ruimte? Of wil deze toch liever aan de hand van proeven tot een aanpak komen? Dit moet volgens de onderzoekers eerst helder zijn voordat de overheid risico’s op het vlak van privacy af gaat wegen tegen de kansen die de technologie mogelijk biedt. Zo’n afweging biedt de overheid volgens hen dan een goede basis voor de keuze om de wetten en regels al dan niet aan te scherpen. Mogelijke keuzes zijn onder meer een totaalverbod, goedkeuring vooraf, of gedogen.
De wetenschappers uit Tilburg helpen met hun rapport overheden en politici om keuzes te maken in de wetten en regels. Zo maken ze onderscheid tussen diverse sectoren en toepassingen. Want een app die slechtzienden helpt om mensen om hen heen waar te nemen is iets anders dan inspelen op emoties van klanten door middel van het herkennen van gezichten. Helder onderscheid in inzet van zulke apps voor verlening van zorg, beveiliging, commercie of recreatie stelt de overheid in staat om ook op een heldere wijze keuzes te maken, aldus het rapport.
De risico’s zijn wellicht ingrijpend
Bij die keuzes dient men dan rekening te houden met een aantal, wellicht ingrijpende, inbreuken op de privacy van burgers. Zo werkt de technologie meestal op basis van beeld waar de mensen die erop te zien zijn geen toestemming voor hebben gegeven. Burgers zijn dan ook niet in staat om in te schatten wat er met zulk beeld gebeurt.
De inzet van technologie voor herkenning van gezichten kan er ook toe leiden dat mensen hun gedrag aan gaan passen. Zoals door bepaalde plaatsen te mijden of door zich voortaan zo onopvallend mogelijk te gedragen.
Een niet te onderschatten probleem is dat de data bij de software ook vooroordelen in de hand kunnen werken. Zo kunnen bepaalde groepen mensen worden gediscrimineerd als ze onjuist of niet worden herkend. Ten slotte bestaat altijd nog de mogelijkheid dat de overheid data van bedrijven opeist. Terwijl die niet met dat doel verzameld zijn.
Technologie voor herkenning van gezichten is nog geen feit waar we niet meer omheen kunnen hier in het land. We moeten onszelf dan ook nu de vraag stellen hoe we met deze technologie om willen gaan, stellen de onderzoekers. Met het rapport willen ze hier het startschot voor geven.