“Wat als mijn dochter van negen de deur had opengedaan”, vraagt Robin zich af, enkele uren nadat een buurman aan zijn voordeur stond. De man was buiten zinnen en zwaaide met een bijl en een mes, vertelt hij aan Omroep Brabant. Volgens Robin heeft die buurman al langere tijd psychische problemen. “Ik heb daarover contact gehad met de wijkagent en met de woningcorporatie. Maar niemand kon hem blijkbaar helpen, het moest eerst misgaan.”
Robin omschrijft de buurman, beide mannen wonen in de Mascagnistraat, als een hele fijne vent. “Maar hij kan ook heel goed doordraaien, als hij niet in goeden doen is.”
“Ik ga hier de gaskraan opendraaien.”
Volgens Robin heeft de man ernstige psychische problemen. “Hij heeft ooit ook de politie gebeld en gezegd: trek allemaal je bomvesten maar aan, ik ga hier de gaskraan opendraaien. En toen ik hier net woonde, schreef hij me dreigbrieven. Terwijl ik dus eigenlijk prima met hem overweg kan.”
En omdat dit soort voorvallen je als buurman én vader van een jonge dochter niet in de koude kleren gaan zitten, had Robin regelmatig contact met woningcorporatie WonenBreburg en met de politie. “Maar mijn buurman wilde zich niet laten opnemen en een gedwongen opname kon niet, zo kreeg ik te horen.”
“Daar stond de buurman, met een mes en een bijl.”
Zaterdag ging het dan helemaal mis. Toen Robin in de douche stond, werd er aangebeld. “Mijn vriendin deed de deur open. En daar stond de buurman, met een mes en een bijl. Ik riep: doe de deur dicht! Meteen daarna gooide hij de ruit van de woonkamer in.”
Robin ging naar de buurman om verhaal te halen en daar werd hij aangevallen. “Hij haalde uit met het mes. Dat heb ik met mijn arm afgeweerd. Daarna greep hij me bij mijn keel en kneep die dicht. Hij wilde mij echt vermoorden.”
De vriendin van Robin en een toegesnelde buurman wisten de man van Robin af te trekken: “Het licht ging bijna uit. Ik denk dat ik anders dood was geweest.” De politie was er heel snel en de buurman werd door een arrestatieteam zijn huis uitgehaald en meegenomen.
Robin laat daags naderhand de wonden op zijn arm, rug en in zijn nek zien. “Het valt gelukkig mee. Maar wat als mijn vriendin had opengedaan? Of mijn dochter? Dit had zo fout kunnen gaan. En dat terwijl ik zo vaak hulp heb gevraagd. Het gaat niet om mij, maar dit moet echt anders.”
“Waarom moet er eerst zoiets gebeuren?”
Het steekt Robin vooral dat hij meerdere meldingen deed bij WonenBreburg en bij de politie, maar dat niemand iets kon doen. “Dat zit mij echt dwars. Waarom moet er eerst zoiets gebeuren? Ik waarschuw hier al zeven maanden voor. WonenBreburg waarschuwde hier ook al voor. En de politie is er ook al lang mee bezig. Dat kan toch niet, dat eerst een buurtbewoner iets moet overkomen voordat er kan worden ingegrepen? Dat vind ik echt belachelijk.”