Stichting BroodNodig borduurt voort op de ideeën van Gerrit Poels: brood uitdelen aan de mensen die het nodig hebben. Waar Poels dit vroeger deed door een zak aan de poort te hangen, kunnen mensen vandaag de dag brood ophalen bij de Pollepel.
De dagelijkse leiding is in handen van zijn pleegdochter Hüyla. Iedere dag zet zij zich, samen met een aantal vrijwilligers, in om dagelijks brood uit te delen aan de mensen die het in Tilburg het moeilijkst hebben. En dat is inmiddels een stuk lastiger geworden.
“Het is misschien nog wel toegankelijker dan de Voedselbank.”
Om klokslag 15:00 uur wordt de poort geopend en staan er al tientallen mensen te wachten. Sommigen spreken Nederlands, terwijl anderen met handen en voeten proberen duidelijk te maken waarvoor ze komen en wat ze dan precies willen. Brood, daarvoor in ieder geval.
Ze mogen pakken wat ze zelf denken nodig te hebben en ze hoeven ook niet aan te tonen dat ze daadwerkelijk in de problemen zitten. “Op deze manier is het misschien nog wel toegankelijker dan de Voedselbank”, vertelt Hüyla.
Naast brood krijgen ze ook een bakje soep mee. Een paar mensen hebben dit al op voordat ze bij de uitgang komen. Hier staan nog een paar vrijwilligers, die vragen of de mensen bij vertrek nog een bekertje soep of warme chocolademelk willen. De meeste mensen slaan dit aanbod niet af.
“Je ziet het aanbod slinken, maar de vraag toenemen.”
Dagelijks komen er nu meer dan honderd mensen, vertelt een van de vrijwilligers, die bij de poort staat. De ene dag net wat meer dan de andere, maar een jaar geleden lag dit aantal nog ruim onder de honderd. De rijen zijn dus zeker niet korter geworden, maar de instroom aan producten neemt wel af.
En dat heeft eigenlijk allebei met hetzelfde probleem te maken: de energiecrisis. Aan de ene kant staan de leveranciers voor een enorme uitdaging, want het zijn bijna allemaal grootverbruikers. Aan de andere kant krijgen mensen het ook steeds moeilijker. “Je ziet het aanbod slinken, maar de vraag toenemen. Dat kan een probleem opleveren”, vertelt Hüyla.
“Als de luxe eraf kan, kan er ook iets met de basis gebeuren.”
Toch vindt ze probleem op dit moment nog een te groot woord. “We hebben pas een probleem als we onze honderd dagelijkse mensen niet meer kunnen voorzien van brood. En dat kunnen we tot nu toe nog gewoon doen. Wat we missen is net een beetje die luxe daaromheen. Het is nu echt de basis.” Een paar maanden geleden waren er namelijk dagen dat er ook wel fruit, groente of een stuk vlees bij zat. Die dagen zijn volgens Hüyla wel een beetje voorbij.
De basis is er nog wel, maar toch baart het wegvallen van de luxe Hüyla zorgen. “Als de luxe eraf kan, kan er ook iets met die basis gebeuren. Daarom zijn we alert, maar ook zeker nog dankbaar positief voor wat we nog wel kunnen doen.”