Met deze onderscheiding kan Prins haar onderzoek voortzetten naar rechten van mensen in tijden van ChatGPT, gezichtsherkenning en andere kunstmatige intelligentie. ‘’Onze bescherming als burger loopt niet gelijk met wat technologie allemaal kan en hoe bedrijven daar gebruik van maken,’’ aldus Prins.
“Sommige ontwikkelingen zijn straks niet meer terug te draaien.”
Volgens haar kan die bescherming veel beter: “De regering moet zowel in Den Haag als in Brussel als het ware in de bestuurdersstoel gaan zitten. Doen ze dit niet, dan zijn sommige ontwikkelingen straks niet meer terug te draaien.” Prins noemt gezichtsherkenning als een van de uitdagingen voor de nabije toekomst: ‘’Als we hier geen regels voor opstellen, dan kunnen wij straks overal herkend worden, dag en nacht. We krijgen dan een systeem waarbij we niet weten welke bedrijven en overheden daar achter zitten. De vraag is of we dat willen.’’
Afgelopen woensdag werd een stap in de goede richting gezet. Het Europees Parlement stemde in met de zogenaamde ‘AI act’. Deze nieuwe wetgeving zou veel risico’s omtrent kunstmatige intelligentie in goede banen moeten leiden. Gezichtsherkenning stond bovenaan de lijst. Bedrijven mogen hier binnenkort geen gebruik meer van maken. De opmars van AI is moeilijker bij te houden. “Bij indiening van het wetsvoorstel, ruim twee jaar geleden, had de wereld bijvoorbeeld nog nooit van ChatGPT gehoord. De kunstmatige chatbot is nu al niet meer weg te denken uit ons toekomstbeeld.”
“Ik hoop dat technologie ons simpele taken uit handen zal nemen.”
Het is volgens Prins belangrijk om ook de voordelen van kunstmatige intelligentie te benadrukken: ‘‘Een programma als ChatGPT kan enorm veel data in kaart brengen. Dit kan helpen bij het oplossen van ingewikkelde problemen zoals klimaatverandering. Of denk aan natuurrampen. Hulpgoederen moeten vaak overal vandaan komen. Dat is vaak een logistieke nachtmerrie. Met zo’n systeem als ChatGPT kun je dit veel slimmer aanpakken.”
Hoe beschermen wij mensen in tijden van toenemende digitalisering? Een concreet antwoord verwacht Prins niet te vinden. ‘’Technologische ontwikkelingen houden nooit op, dus die vraag zal altijd blijven.’’ Wel werpt ze een hoopvolle blik op de toekomst: “Ik heb geen glazen bol dus ik kan niet zeggen hoe de wereld eruit gaat zien. Maar ik hoop dat technologie ons simpele taken uit handen zal nemen, waardoor wij kunnen werken aan wat echt belangrijk is.’’