Pieter Soethout
Met een grappig bedoelde actie – die niet door iedereen gewaardeerd kon worden – bracht GroenLinks-raadslid Nicky van Wanrooij het testen van drugs onder de aandacht. De raadsleden vergaderden het klokje rond en op dat moment had Van Wanrooij daar wel een oplossing voor. “Volgens mij zie ik al wel meerdere mensen zitten die op dit moment eigenlijk wel wat drugs kunnen gebruiken. Dus ik wil dit doosje aan Hans Smolders geven. Geef even rond”, zei het raadslid met een brede glimlach op zijn gezicht, terwijl hij een doosje met daarop ‘xtc’ doorgaf.
Onvoorstelbaar
Maar daar wilde Ineke Couwenberg niets van weten. “Er wordt zojuist gesuggereerd dat er xtc-pillen in de raadszaal aan een collega-raadslid worden gegeven”, reageert ze in de raadszaal. “Ik vind dat dit echt niet kan en ik vind het onvoorstelbaar dat de voorzitter hier niet op ingrijpt. En dat wij doen alsof dit normaal is en dat we dit laten zien aan onze stad.”
Het CDA stemde, samen met LST, tegen de aangenomen motie, maar dat staat volgens Couwenberg los van het ‘grapje’ van Van Wanrooij. “Het zijn voor mij twee totaal verschillende dingen”, stelt de fractievoorzitter van CDA Tilburg. “Het was voor ons wel een enorm dilemma. Aan de ene kant is het eigenlijk het beste om geen drugs te gebruiken en alles wat je doet om het te normaliseren, staat haaks op die beweging. Aan de andere kant zie ik ook wel dat het gewoon gebruikt wordt. Als mensen het dan toch gebruiken, wil ik graag dat het zo gezond mogelijk is.” Ondanks de gemaakte afweging stemden de raadsleden van het CDA tegen.
Snel en precies
Maar de GroenLinks-motie kreeg veel steun en dat stemt Van Wanrooij goedgezind. “Het doel van het Nederlandse drugsbeleid is de gezondheid van de mensen beschermen. Dat zou in mijn ogen op een, twee en drie moeten staan. Het is nooit zonder risico om drugs te gebruiken, maar dan is het wel goed als mensen het vervolgens laten testen. Daarom ben ik trots op het beleid in Nederland, want we moeten gebruikers niet criminaliseren.”
Testen kan al decennia, maar met het FTIR-apparaat gaat dat een stuk makkelijker. “Met dit nieuwe apparaat hoef je meestal geen week meer te wachten op de uitslag.`” Op dit moment moet de drugs naar een laboratorium en daar is sprake van beperkte capaciteit. Sommige drugs kan daardoor niet getest worden. “Met het nieuwe apparaat wordt het ook meteen aangegeven in percentages, zodat je precies weet welke stoffen er in je drugs zitten. Ik wil het niet groter maken dan het is, maar het kan gaan om mensenlevens.”
Kostenplaatje
Dat apparaat is natuurlijk niet gratis. In Utrecht werd eerder eenzelfde motie aangenomen en daar blijkt dat het apparaat eenmalig zo’n 40.000 euro kost. Daarna worden de jaarlijkse kosten op 4000 euro geschat. “Ik dacht eerst: laat de gemeente daar maar voor dokken. Maar daar ben ik deels van teruggekomen. Wij moeten daar niet in zijn geheel voor opdraaien, maar misschien dat er iets van een cofinanciering mogelijk is.”
Het is nu aan het college om te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn. Wanneer dat goed verloopt, wordt de raad in het najaar geïnformeerd.
LEES OOK:
Horeca is klaar met drugsgebruik: ‘Combinatie met alcohol gevaarlijk’
