De ambitie voor de stichting komt uit persoonlijke ervaringen met vastlopen in het onderwijs. “Mijn eigen zoontje heeft beperkingen en heeft een ontzettend moeilijke start gehad omdat hij prematuur is geboren. Daardoor is hij op speciaal onderwijs terechtgekomen. Mijn kind kan praten en leren, maar heeft wel extra begeleiding nodig. Hij kwam in een klas terecht waar elf van de dertien kinderen nooit zullen gaan praten, leren of schrijven.”
“Dat stuitte mij zo tegen de borst”
Hoewel Jolanda aangaf dat haar zoon kon leren lezen en schrijven, kon dit helaas niet binnen de klas worden aangeboden. “De school gaf aan geen tijd te hebben om een-op-een met hem te zitten. Dat stuitte mij zo tegen de borst. Ze wilden hem het liefst naar een dagbesteding of een zorgboerderij sturen, maar dat kon ik niet accepteren. Toen zijn we met een heel team een jaar bezig geweest om te bedenken wat het beste voor hem was.”
Na vele uren rond de tafel te hebben gezeten, kwamen ze helaas niet verder. “Al vrij snel werd duidelijk dat niemand hem echt kon helpen. Toen ben ik me gaan verdiepen in de thuiszitters: hoeveel kinderen lopen hier, net als mijn kind, tegenaan? Ik ben cijfers gaan opvragen en ontdekte dat dit er behoorlijk wat zijn.”
“Elk kind heeft recht op onderwijs”
Die cijfers bleven door Jolanda’s hoofd rondspoken. “Elk kind, ook met beperkingen, heeft recht op onderwijs, maar dat recht werd mijn kind ontnomen omdat niemand kon bieden wat hij nodig had. Ik heb mijn eigen ondernemingen opgeheven en ben me volledig gaan inzetten voor de stichting. Ik dacht: als jullie het niet doen, dan doe ik het zelf.”
Haar kind viel dus tussen wal en schip binnen het onderwijs. “Waar ik tegenaan loop, is dat speciaal onderwijs theoretisch gezien perfect in elkaar zit. Maar op het moment dat je een kind hebt dat afwijkt van het reguliere en van het speciale onderwijs, kunnen ze niets doen. Maar ik vind: waar een wil is, is een weg.”
“Maar ik zeg: ‘Néé! Verdorie, ik neem daar geen genoegen mee.’ “
Want Jolanda is niet de enige die tegen deze muren aanloopt. “Er zijn kinderen die wel onderwijs aankunnen, maar naar een dagbesteding of zorgboerderij worden gestuurd. Ouders lopen vast en weten geen weg te vinden die bij hun kind past. Ze denken: als dat het pad van mijn kind is, dan moet dat maar. Maar ik zeg: ‘Nee! Verdorie, ik neem daar geen genoegen mee.’ Want dat is niet het pad van jouw kind; je kind kan wel onderwijs aan!”
Die gedachtegang was het begin van stichting Onbeperkt Groeien. “Met mijn stichting wil ik onderwijs en zorg combineren. Op dit moment zijn we wettelijk gezien nog geen onderwijsinstelling. We willen nauw samenwerken met het onderwijs. Daarnaast willen we bijvoorbeeld ook twee keer per maand een broertjes-en-zusjes-dag organiseren, zodat ouders even tot rust kunnen komen. Het is niet niets om een kind met beperkingen te hebben.”
LEES OOK:
Stichting De Zorgheeren viert een jaar mantelzorg hulp in Tilburg
Hoe Stichting Samen Lachen in Tilburg zorgt voor blije kindergezichten