Pieter Soethout
Maar laten we wel wezen, Lachkar speelt in de eerste wedstrijden van Willem II dit seizoen zeer verdienstelijk. Hij begon zes keer in de basis, waaronder dus zijn Eredivisie-vuurdoop tegen Feyenoord in de Kuip. Als een soort stofzuiger neemt hij verspeelde ballen over op het middenveld en speelt hem vervolgens vaker wel dan niet vooruit. Maar zwaarder dan in de KKD is het zeker. “Het gaat gewoon allemaal veel sneller. Het is allemaal nog professioneler”, vertelt hij. “Op elk gebied is het een stapje hoger en het is een hele andere manier van voetballen. Hoe meer wedstrijden ik ga spelen, hoe beter ik daarmee om kan gaan.”
500 minuten
Vorig jaar kwam hij tot 551 minuten in zeventien KKD-wedstrijden en dat aantal tikt de jonge middenvelder al bijna aan na zes Eredivisiewedstrijden. Die kans krijg je niet zomaar en Lachkar geeft dan ook aan dat hij zich op meerdere gebieden heeft ontwikkeld. Fysiek, maar ook zeker mentaal. “Het is gewoon mannenvoetbal, het is zakelijk en je moet je taken uitvoeren. Als je dat niet doet, krijg je op je donder. Ik denk dat ik daarin volwassener ben geworden en dat moet ook wel. Het is nóg serieuzer geworden. Je houdt je meer bezig met voeding, training en slaap, want dan kun je optimaal presteren.”
“Het is gewoon mannenvoetbal, het is zakelijk en je moet je taken uitvoeren.”
Lachkar pakt zijn kans op het middenveld, maar Tom Caluwé haalde wel concurrentie voor de ‘zes-positie’ naar Tilburg in de vorm van de 24-jarige Boris Lambert. Die concurrentiestrijd gaat Lachkar graag aan en hij denkt dat de transfer voor iedereen goed is. “We zijn samen bezig om elkaar beter te maken. Als ik speel, helpt hij mij als hij wat ziet en andersom ook. Het voelt niet alsof hij mijn positie probeert af te pakken. De trainer bepaalt en we willen gewoon succes behalen. Daar doen we het uiteindelijk voor.”
LEES OOK: Willem II haalt Lambert voor vier jaar naar Tilburg
“De trainer zegt altijd: ‘Ik laat geen ruimte om kansen te laten liggen’.”
Wanneer de trainer ter sprake komt, verschijnt er een glimlach op het gezicht van de jonge voetballer. Maes coacht Lachkar vaak direct, hard en heel persoonlijk. “Dat klopt”, geeft de middenvelder aan. “Maar ik denk dat hij met meerdere jongens zo is, niet alleen met mij. Ik vind het alleen maar goed en de trainer zegt altijd: ‘Ik laat geen ruimte om kansen te laten liggen. Je moet hier alles pakken wat je kan pakken, iedere training weer’. Lachkar geeft aan dat hij daardoor af en toe wel denkt: trainer niet weer. “Maar dan heeft hij na de training toch weer gelijk. Het komt wel weer uit zoals hij het had gezegd”, vertelt hij.
“Je ziet en hoort gewoon dat zij heel de wedstrijd aan het zingen zijn.”
Willem II won tot dusver van RKC en Go Ahead, speelde gelijk tegen Feyenoord en Heracles, maar verloor van Sparta en FC Utrecht. In al die wedstrijden stond Lachkar in de basis en dat betekent met zes punten uit acht wedstrijden een prima start van de competitie. Wat opvalt, is dat Willem II ook op een niveautje hoger een taaie tegenstander is. “Dat is iets wat onze ploeg kenmerkt. Onze trainer hamert er vaak op dat we voor iedere meter moeten vechten. Als mijn teamgenoot balverlies lijdt, vecht ik voor hem en als ik de bal kwijt raak, vecht hij voor mij. Daar zeuren we niet om en dat is de basis om resultaten te halen.”
Vechten op het veld
Die mentaliteit van Lachkar en zijn teamgenoten sluit naadloos aan bij wat de hondstrouwe supporters van Willem II willen zien. Zij schreeuwen de longen uit hun lijf op de KingSide en op Vakkie E, terwijl er op het veld gestreden wordt. “Als het stadion erachter gaat staan, denk ik dat je nog meer voor een bal gaat vechten. Je ziet en hoort gewoon dat zij heel de wedstrijd aan het zingen zijn. Ook tegen Feyenoord, terwijl dat geen grote groep was in vergelijking met de thuissupporters. Daardoor kunnen wij weer extra gas geven op moeilijke momenten.”
LEES OOK:
Vaesen voelt zich thuis in Tilburg: ‘Ik zal altijd alles geven voor Willem II’
